Checklist voor reizen

Op deze pagina staan enkele checklists voor reizen die gebruikt kunnen worden om aan de uitrustings- en gebruiksverplichting voor Inland AIS te voldoen. Opgelet: deze checklists zijn slechts voorbeelden en zijn niet volledig. Mogelijk moeten ze worden aangevuld overeenkomstig plaatselijke regelgeving.

Deze checklist is bedoeld om de schippers te helpen het Inland AIS-apparaat aan boord te gebruiken. Hier wordt in het kort aangegeven welke gegevens moeten worden ingevoerd en bijgewerkt tijdens de reis van het binnenvaartschip. Welke minimumgegevens momenteel verplicht zijn, kan variëren per regio. De minimumvereisten voor de gegevensinhoud staan in de desbetreffende regelgeving van de riviercommissie of in de nationale wetgeving.

Controleer voor vertrek of het Inland AIS-apparaat ingeschakeld is.

Voor de reis

Controleer (af en toe) je eigen scheepsgegevens die je Inland AIS-apparaat doorstuurt:

  • Naam van het vaartuig.

  • ENI-nummer.

  • ERI-scheeps- en samensteltype.

  • Lengte en breedte van het vaartuig.

  • Referentiepunt van de gps-antenne.

  • Als het blauw bord met het systeem in verbinding staat:

    • controleer of de status van het blauw bord correct is.

  • Controleer of je de gegevens van andere schepen (die je kunt zien vanuit de stuurhut) ontvangt op het visualiseringssysteem van elektronische kaarten.

Kort voor de afvaart

Zorg ervoor dat de gegevens van je vaartuig voor de geplande route in overeenstemming zijn met wat vereist is in de regionale regelgeving voor de waterwegen die je gaat bevaren:

  • Als je in een samenstel vaart:

    • lengte en

    • breedte van het samenstel en het referentiepunt van de gps-antenne. Ook als de vorige reis in een samenstel was, moeten die gegevens worden aangepast.

  • Verander de vaarstatus van het vaartuig in “onderweg” met betrekking tot de vaarstatus die van toepassing is.

Tijdens de reis

  • Houd de vaarstatus van het vaartuig up-to-date.

  • Controleer of je gegevens ontvangt van andere vaartuigen (die je kunt zien vanuit de stuurhut).

Na de reis

  • Verander de vaarstatus van het vaartuig in “aangemeerd” of “voor anker”.

  • Pas indien nodig de reisgerelateerde gegevens aan.

  • Gebruik het Inland AIS-apparaat in overeenstemming met de regionale regelgeving voor de waterweg/haven waar je je bevindt.

Registreer alle activiteiten in het vaartijdenboek en de dienstboekjes.

Last updated